Gebouw
Dit monumentale gebouw is een mooi voorbeeld van industriële architectuur van het begin van de 19e eeuw. De in wijnhandel gespecialiseerde firma Brias-Catteau vestigde zich in 1892 in de wijk. Begin 20e eeuw besloot ze om alles radicaal te veranderen en haar opslagplaatsen te herbouwen in de meer modieuze art nouveau. Ze vertrouwde deze opdracht toe aan architect Fernand Symons.
Bouwkundig erfgoed in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest
Meer weten
Inventaris van het bouwkundig erfgoed
De lange, polychrome gevel met een spel van materialen dat resulteerde in frisse kleuren, werd door de architect ontworpen als een uithangbord dat de moderniteit van het bedrijf moest afficheren. Bewonder de door Géo Ponchon ontworpen sgraffiti met de wapenschilden van de befaamde wijnstreken.
In het smeedijzeren traliewerk en de sluitsteen van het fronton zijn verwijzingen naar wijnranken en druiven verwerkt.
Het gebouw werd begin 2000 grondig gerenoveerd en biedt voortaan onderdak aan een bedrijvencentrum en een overdekte markt. Het atrium getuigt echter nog van de doorgedreven manier waarop de architect de architectuur ten dienste stelde van de functie. Getuige daarvan zijn de doorlopende lambrisering met decoratieve tegels en de tegelvloeren en ook de natuurlijke lichtinval en verluchting die beantwoorden aan de toen geldende hygiënistische regels voor het comfort van arbeiders en bedienden.
In de omgeving
Bouwkundig erfgoed in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest Meer weten Inventaris van het bouwkundig erfgoed
De lange, polychrome gevel met een spel van materialen dat resulteerde in frisse kleuren, werd door de architect ontworpen als een uithangbord dat de moderniteit van het bedrijf moest afficheren. Bewonder de door Géo Ponchon ontworpen sgraffiti met de wapenschilden van de befaamde wijnstreken.
In het smeedijzeren traliewerk en de sluitsteen van het fronton zijn verwijzingen naar wijnranken en druiven verwerkt.
Het gebouw werd begin 2000 grondig gerenoveerd en biedt voortaan onderdak aan een bedrijvencentrum en een overdekte markt. Het atrium getuigt echter nog van de doorgedreven manier waarop de architect de architectuur ten dienste stelde van de functie. Getuige daarvan zijn de doorlopende lambrisering met decoratieve tegels en de tegelvloeren en ook de natuurlijke lichtinval en verluchting die beantwoorden aan de toen geldende hygiënistische regels voor het comfort van arbeiders en bedienden.
In het smeedijzeren traliewerk en de sluitsteen van het fronton zijn verwijzingen naar wijnranken en druiven verwerkt.
Het gebouw werd begin 2000 grondig gerenoveerd en biedt voortaan onderdak aan een bedrijvencentrum en een overdekte markt. Het atrium getuigt echter nog van de doorgedreven manier waarop de architect de architectuur ten dienste stelde van de functie. Getuige daarvan zijn de doorlopende lambrisering met decoratieve tegels en de tegelvloeren en ook de natuurlijke lichtinval en verluchting die beantwoorden aan de toen geldende hygiënistische regels voor het comfort van arbeiders en bedienden.